Mijn voetbal en de Chinezen

Pancratius C5 Vaantje

Mijn voetbal en de Chinezen

Geloof het of niet maar ooit voetbalde ik bij de club waar Marco van Basten zijn stage als trainer liep, RKSV Pancratius in Badhoevedorp. Zelf kom ik uit een gezin met 14 kinderen dus als 9 jarige jongen,jongste van de familie Neering,  stond ik op een zonnige augustuswoensdagmiddag op veld 5 met  een versleten rood shirt  en afgetrapte kicksen van mijn twee jaar oudere broer. Mijn sportbroekje was het gymbroekje van de Plesmanschool wat nodig aan vervanging qua maat toe was. Het woord NIKE was nog niet uitgevonden en de heer Nootenboom was mijn eerste trainer. Mijn toekomst was veelbelovend immers ik was de  nr 14 van de familie en een paar kilometer verderop in 020 maakte een zekere Johan Cruijff onder dat nummer furore als jong talent in de Meer, het oude stadion van de Amsterdamse profclub vernoemd naar een of ander Griek.

Ik moest mij nog bewijzen dus ik startte in de A8 Pupillen (E,tjes en D,tjes bestonden toen nog niet). Na 1 jaar promoveerde ik naar de A7 domweg vanwege het feit dat de A8 werd opgeheven maar het was een stap op de goede weg. De weg naar de top was een lange weg! Na de lagere school wachtte de C Pupillen en van de zeven C elftallen zat ik zowaar in de C5 en werd onder de bezielende leiding van de heer Schelvis voor de enige keer kampioen (zie foto). Ik was rechterverdediger en had de bijnaam van de heer Schelvis gekregen van Noby Styles, gemene verdediger van het Engelse Manchester United. De vreugde was van korte duur  wat ondanks het kampioenschap stond ik met een aantal vrienden een jaar later in de C7! In de B-junioren was het niet anders ….. de B5 waar ik als rechtshalf in één seizoen twee keer scoorde waaronder op veld 4 tegen De vliegende Hollanders (DVH) uit Amstelveen, witte broeken en blauwe shirts. De A junioren heb ik overgeslagen en in 1979 maakte ik mijn comeback bij, de grote concurrent van Pancratius , Kombij Badhoevedorp in de  zaterdag senioren 5, Gerben Kolenbrander uit de Uiverstraat was de robuuste aanvoerder van deze legendarische geel/zwarte brigade.  In 1980 speelde de actie van Freek de Jonge en Bram Vermeulen “KNVB niet naar Uruguay” Niet na 1978 (WK Argentinië)  met het Nederlands elftal  nog een keer naar  een militair regime en deze in het zonnetje zetten in Zuid-Amerika door een internationaal voetbaltoernooi, was het adagium. Amateurelftallen werden opgeroepen om in een uitgekozen weekend niet te voetballen als protest. Mijn broers voetbalden nog steeds bij Pancratius  en organiseerden een staking voor Pancratius zaterdag  senioren 5 uit tegen Overamstel (de aftrap was te zien bij het NOSjournaal die avond, met broer André Neering in de hoofdrol!) . Ik kon dus niet achterblijven en startte een actie bij Kombij Badhoevedorp en stuurde een oproep tot staking in voor het wekelijkse gele clubblad met de bekende lokale MKB advertenties. Intern wist ik al dat zeker het eerste elftal (hier speelden een aantal vrienden van mij  uit  Jongerencentrum SmoeS) wel oren had naar een staking. Het artikel werd geweigerd! Censuur!!  Sterker nog, ik moest op het matje komen bij het bestuur van de club. Het eerste elftal schreef direct een open brief in het clubblad dat censuur absoluut niet kon en er ontstond dus een heus relletje. De dinsdagavond daarop verscheen ik bij twee bestuursleden van de club , de heer Staal en de heer Griffioen in de Roerdompstraat. Zij wilden mij een lesje geschiedenis geven en trachtten mij op hun politieke rechterspoor te brengen. Resultaat was dat ik bedankte als lid van Kombij Badhoevedorp en werd opgevangen door het stakende “linkse” salonelftal van Pancratius  zaterdag  5 waar twee broers van mij voetbalden en drie volle neven van Dennis Bergkamp, weliswaar met iets minder talent, maar dat terzijde . Nog jaren gevoetbald in dit vriendenelftal in de jaren tachtig en over het voetbal nog even dit…….. Bij mijn afscheid in 1987 in een klein zaaltje van cafe Carels op de hoek Saernedamstraat/Frans Halsstraat in 020 kreeg ik het boek van Wiel Coerver in het chinees met daarin “de opdracht”,  “Edward gaat weg, de perfecte kapbeweging, voetbal zal altijd chinees voor je blijven

Edward Neering

Amsterdam wereldstad!

Groenburgwal met sloten

Dat gebeurt niet vaak, vandaag een keertje in Amsterdam als toevallige toerist. Ik had  een afpraak voor de overdracht van mijn opdracht als programmamanager Modernisering Erfpacht op het stadhuis bij Herstelling plaza, Daarna de stad in en direct bij het inlopen van de Staalstraat vanuit het stadhuis kwam ik over de brug bij de Groenburgwal. Kennelijk is het een nieuwe rage om je liefde voor eeuwig op slot te doen door een slotje te hangen en op slot te doen aan een brug. Luuk en zijn vriendin hangen er in ieder geval. Het idee is overgewaaid van uit New York, een paar jaar geleden zag ik als iets dergelijks aan de Brooklyn Bridge. In Alkmaar doen geliefden dit met het plakken van beider kauwgum in de kauwgumsteeg vlak bij de Minervabioscoop. Hoe dan ook het levert een mooie foto op (zie foto).

En dan loop ik verder naar de Atheneum Boekhandel op  het Spui om het boek “Ventoux” van Bert Wagendorp te ruilen (2x op verjaardag gehad!) , via de Doelenstraat, Munt, stukje Kalverstraat, Heiligerweg, Voetboogsteeg Spui en dan denk ik en ik voel “Wat leven wij toch hier in een fantastisch mooie wereldstad!, ongekend!” Vervolgens naar de expositie in de Basel over de Slavernij, de 9 UNESCO Werelderfgoederen en even naar de Schatkamer onderin de Basel in de Vijzelstraat waar in de oorlog het Nederlandse goud was opgeslagen en een film gezien over de historie van de bijenteelt in Amsterdam  in de ondergrondse Filmzaal. Voor degenen dit het nog niet weten. In de Basel is nu het Amsterdams Stadsarchief te vinden. Zeker de moeite waard om dit deze vakantie te bezoeken.

Vervolgens weer naar buiten en via Herengracht 502 (Burgemeesterswoning)  naar het Rembrandtsplein waar het zoemt van de toeristen. Via de Halve maansteeg langs de Kleine Komedie naar de Kloveniersburgwal naar de Jodenbreestraat. Daar bij Soup en Zo (Mijn soepadres!!!)  een heerlijke pittige kokossoep met kip gegeten en vervolgens via St Anotiusbreestraat naar de Nieuwmarkt en via de Zeedijk naar Amsterdam Centraal.

Wat is Amsterdam toch een schitterende Stad!!

Edward Neeirng

 

Nein, das geht nicht! Hispeed als drama!

Hispeed Berlijn

Het is donderdag de 4e april 2013.  Amsterdam CS is net ontdaan van de
ochtendspits. Even naar de NS info omdat ik het toch vreemd vind dat er geen
gereserveerde plaatsen op de E-ticket van Hispeed  naar Berlijn staan. De dienstdoende conducteur bekijkt de E-ticket en zegt “Dat gaat ‘m niet worden vandaag,  mijnheer!” , “Hoezo niet worden?” pareer ik.
“U moet de papieren tickets uitdraaien en dat heeft u niet gedaan, dit is een
reisbevestiging”.  En nu? De man verwijst mij naar het naburige Ibis-Hotel om daar een uitdraai te maken als ik bijvoorbeeld Gmail heb. Heb ik, probleem opgelost!  Ik loop naar buiten met mijn vrouw achter mij aan, ze snauwt mij nog toe “Als ik dit had gedaan, dan had de wereld te klein geweest!”. In een opwelling dacht ik nog “Wat kent zij mij toch slecht!”, maar dat terzijde. “Ik ga even naar mijn werk bij OGA, dan ben ik zo weer terug”, “we hebben nog 40 minuten”. Geen goed plan maakt mijn partner duidelijk, Ibis voldoet. De computers bij Ibis zijn allen bezet. Of er al iemand bijna klaar is
achter die schermmonsters?  Ja, een engelsman zegt klaar te zijn in twee minuten. Ik achter de computer, eentje zonder muis. Heb ik weer, de cursor doet niet wat mijn vingers willen en na een hoop gedoe heb ik eindelijk Google te pakken. ik vul mijn wachtwoord en inlog in. Nog 25 minuten te gaan.  Google begint moeilijk te doen, ze willen dat ik gebruik ga maken van een beveiligingscode maar dat wil ik niet, ik ontkom er niet aan. De code is verzonden naar uw mobiele telefoon . Die zit in het proviandrugzakje van de dag en die hangt op de rug van mijn vrouw die op haar beurt buiten een sigaret staat te roken.  Ik naar buiten, weer terug achter de computer, de tancode wordt geaccepteerd en zowaar Gmail ontvouwt zich aan mijn ogen. Nog 12 minuten te gaan. Nu wil de mappenstructuur van Gmail niet uitrollen! Ik bel mijn ega, die komt binnensnellen. In haar loop naar mij en de computer springt het computerscherm op de beginstand.”Uw tijd is voorbij” staat op het dienstverlenende scherm. Weer opnieuw nu met Tineke achter de knoppen. Toegeven ze is sneller dan ik. Nog 4 minuten. Mijn liefste zegt, “laat maar, dit wordt niks, ze begrijpen ons verhaal vast wel” en even later stappen wij kordaat in de Hispeedtrein naar Berlijn op perron 13b. Plaats zat, de conductrice stapt direct na vertrek onze coupe binnen en heeft ons
direct bij de lurven. “Het spijt mij maar u moet betalen tot aan de grens, en in Duitsland moet u opnieuw betalen” Waarom? , ik heb inmiddels op de I-phone de tickets te voorschijn getoverd en toon ze aan de conductrice. “U kunt deze toch zo ook scannen? Het scanembleem is duidelijk zichtbaar.  Onze ID-bewijzen tonen aan dat wij wij zijn.” “Nee , we scannen alleen papieren tickets! instructies van Hispeed mijnheer” De hoofdconducteur komt erbij en we rekenen €56 euro (met Korting) af tot aan de grens. In Duitsland probreer ik het nog een keer, “Nein, das geht nicht” zegt ze en we tellen nog eens €168,=  neer. De heenreis is duurder dan de op internet gekochte retourprijs van €198,=. Toen ik op de Kurfüstendam volledig door het ijs ging (2.09,53)  drie dagen
later tijdens de halve marathon van Berlijn, dreunde het door mijn hoofd “Nein, das geht nicht”

Edward Neering

NB: we gaan klacht een  indienen en verlangen terugbetaling

NB 2: Vandaag  26 april 2013 bericht gehad van Hispeed. We krijgen de heenreis van €98,= (discount) terug.

Achtbaan in de zorg

Edward oogAchtbaan in de zorg
Eind september 2011  begon ik ineens troebel te zien. Tijdens de wedstrijd AZ-Feijenoord in het AZ-stadion merkte ik ineens dat een deel van rechteroog voor een 1/8 op zwart stond. Met het andere oog dicht kon ik het puntje van mijn neus niet meer zien met het “zwartevlekoog”. Volgende dag, maandag de 26e sept,  direct naar oogkliniek OMC gegaan in Haarlem. Conclusie: Netvliesloslating!!…Ablatio!! Dr Klok haalt er direct een andere specialist bij om hetzelfde te constateren. Direct verwijzing naar VU voor een mogelijke spoedoperatie. Met een “houdingsadvies” (hoofd constant schuin houden zodat er geen vocht in mijn gele vlek komt want dan ben je aan één oog blind) dus met de trein naar de Boelenlaan. Emotioneel mijn zoon Abel gebeld, die zich op de drempel van het ziekenhuis zich bij mij voegt. In een uur tijd sta ik weer buiten met het schuine hoofd. Vier verpleegsters verder (inschrijven, oogdruppels, oogdruk, oogsterkte) en drie specialisten. In totaal hebben binnen drie uur tijd 5 specialisten en 7 verpleegsters mijn oog zien. Naar de overkant van het VU voor intake anesthesist. De teller gaat naar 6 en 8. De volgende dag om 7 uur in het VU voor dagopname/operatie. Binnen no time schiet het aantal verpleegsters naar 12 (receptie,intake,maatlijdaanbod,wijzen kamer). Even later rijd ik in een blauw operatieschort op een door afstandbediening aangedreven bed door de gangen van het ziekenhuis waar Eyeworks overal op de loer kan liggen. De patientenbegeleider levert mij af bij de OK. Hier is het helemaal feest. 7 vrouwen op het OK. Iedereen in blauw ik zie het onderscheid niet meer tussen specialist en verpleegster dus ik ga van een totaal van (12+6)=18+7 naar 25. Ik word wakker uit de narcose en hoor “Bed 7, mijnheer Neering wordt wakker” en bespeur een Surinaams accent. De teller gaat naar 28 en een  andere patientenbegeleider brengt mij terug naar mijn kamer. Twee uur later komt de chirurg kijken met haar assistent. De teller staat nu op 30 + twee patientenbegeleiders. Ik besluit innerlijk om Niels Cool te gaan consulteren of dit niet allemaal in een leantraject (procesoptimalisatie)  kan! De chirurg lacht mij toe en zegt vol overtuiging “Wat heeft u toch een heerlijk oog om te opereren”. Verbijsterd kijk ik haar glazig aan.
Edward Neering

Biily Paul zit op rozen!

Het is mei 1976. Amsterdam Sloten aan de Sloterweg 996 bij Rozenkwekerij Ruhe. Ik werk daar als 17 jarige in de rozen voor 160 gulden in de week excl. overwerk. Naast rozen ook anthuriums en orchideeën. Het is mei dus vroeg licht en dan start de werkdag  om 7.00 uur met het snijden van de vele verse rode en gele  rozen.  Mijn collega Bert komt later ivm afrijden voor zijn rijbewijs. Ik werk samen met Jos, mijn werkgever. Jos is pas 23 jaar en heeft het bedrijf moeten overnemen ivm overlijden van zijn vader in 1975.

Het is een gewone werkdag als ieder andere. Het is buiten mooi weer en dus is het warm in de glazen kassen. De radio schalt over het rozengewas heen waar ik in een van de paden de rozenoogst buit maak. Mijn collega komt aangelopen vanuit de verte (deze kassen zijn zeker > 100 meter diep) . Ik zie het al aan zijn lichaamstaal, het zachtjes komen aansloffen…..hij is weer gezakt voor zijn rijbewijs. Hij overlegt met mijn baas Jos en neemt een snipperdag (een dag vrij) omdat ie baalt. Om half tien is de lorry  vol met rozen en Jos vraagt of ik de rozen wil wegbrengen naar de bloemenschuur. Ik duw de Lorry over een soort tramrails terug naar de schuur uit de kassen naar buiten en 50 meter verderop ligt de schuur.  Ik zie dat de bloemen de koelcel niet in kunnen omdat de auto, een Ford Capri (zie foto, maar dan goudbruin) voor de deur van de koeling staat, dus de auto in de afgesloten schuur, zeg maar de schuur als garage.

Ford Capri

In mijn overmoed denk ik “ik zet die auto wel even een stukje achteruit, makkelijk want het is toch een automaatje” , immers ik heb het Bert vaak zien doen en wat Bert kan, kan ik ook.  Ik stap achter het stuur en draai het contact om. Op de radio hoor ik Billy Paul met “Me and Mrs Jones”, mooie ballad. Ik gas wat om “even de blits de maken” . Tewijl ik aan het gassen ben zet ik ongewild de pook op de R van Reverse, of van Rijden maar. De auto gaat met spinnende wielen naar achter! Is schrik mij te pletter en met een oerreactie duw ik de pook naar voren en met een gillend, piepend geluid gaat de auto nu naar voren! Er was geen tijd voor nadenken…………..ik was met de auto vol gas tegen de muur  opgereden, precieser tegen muur en de koelceldeur! Billy Paul stoorde zich niet aan tafereel en zong olijk door over zijn relatie met mw. Janssen.

Even later stond ik trillend naast de auto, de Ford Capri was aan de voorkant volledig in de prak, de koelceldeur was volledig in de kreuk en in de schuurmuur zat een grote scheur. Aan de andere kant had ik met de achterkant van de auto twee planken uit de schuurdeur gereden.  Ik drentelde trillend en totaal onthutst naar mijn baas Jos, die nog achter in de kassen rozen aan het snijden was. Hij zag direct dat er iets ergs was gebeurd.  “De ford Capri” stamelde ik, “die koplampen zijn niet het ergste niet joh” zei hij nog hoopvol”. “Het is een graadje erger”, ik dus weer.

Vloekend en tierend liep hij om zijn verfromfraaide bruine parel heen. Ontslag was aanstaande…..maar nee. Ik had geen rijbewijs dus de WA verzekering van mijn ouders wezen de claim af op de grond “Joyriding” en uiteindelijk, vraag mij niet hoe, heeft hij een nieuwe auto en de schade aan koelcel en schuur vergoed gekregen via zijn bedrijfsverzekering. Voor het eigen risico van 200 gulden moest ik zonder toeslag overwerken.  Het is de enige keer in mijn leven geweest dat ik achter het stuur heb gezeten in een auto. En als Billy Paul weer door de radio schalt en kermt over mw Janssen loop ik toch weer een deukje op!

Edward Neeirng

De Muizenval


Foto Edward Neering

#Heiloo #tragedie van Willemien de muis

De muizenval

We hebben sinds een paar jaar last van muizen in 072. Onze eerste muis dateert al weer van dik twee jaar geleden. We noemden hem “Saddam” en met een simpele diervriendelijke muizenval met een stukje pindakaas liep hij binnen twee dagen in de val en werd losgelaten in de oude Alkmaarderhout op de plek van de wijlen cornervlag van het AZ van weleer. Op deze weblog vierde ik dit succes met het item “we’ve got him”, het item werd opgeluisterd met een prachtige foto van de muis in het valletje. Belangrijk overigens dat je de muis meer dan één kilometer van je huis loslaat, doe je dat niet dan keert ie weer terug op zijn oude nest en zit je dus van de regen in de drup!
Een paar maanden later weer een muis die snel de naam Assaad kreeg en het ritueel herhaalde zich. Assaad werd vrijgelaten in het Heilooerbos. Een paar weken later was het weer raak. In mijn ooghoek schoot er weer één pijlsnel langs mij in de late avond, na ampele overwegingen hebben wij hem de naam “Willem” gegeven de voornaam van Willem Holleeder. Edoch, mijn partner verklaarde nu ook kleine muizen te zien en soms zagen we moeder + een jonkie tegelijkertijd. Willem werd Willemien en een extra set diervriendelijke muizenvallen werd aangerukt en dito voorraad pindakaas. Binnen 24 uur hadden we drie kleine muizen gevangen en deze werden in de barre vorst (februari 2012) bij een Middelbare school in Heiloo, bij een warmtekoker, door mijn vrouw vrijgelaten. Zij had eerst nog geopperd om de muisjes nog even in ons eigen huis vrij te laten en weer te vangen als de vorst voorbij was en de sneeuw weggedooid zou zijn. Onze relatie AEX-index dreigde onder de 300 punten te zakken dus was de warmtekoker bij de eerdergenoemde school het uiterste compromis.
Willemien bleef dus over maar zij vertikte het wekenlang om in de diervriendelijke val te stappen en van de overheerlijke verse Calvé pindakaas te smullen op een vers stukje croissant, zeg maar het Sheba onder het muizenvoer! Wel vonden wij overal muizendrolletjes en Willemien poepte er lustig op los in huize Neering. Blijkbaar hebben sommige muizen toch een soort IQ, immers Willemien had haar 3 jongen letterlijk en figuurlijk in de val zien lopen. Het kantelpunt was bereikt, de muis moet dood! Zelfs mijn vrouw was om! De keuze, na een deskundig advies bij de plaatselijke doe het zelf zaak “Coen Doen”, viel op de dodelijke muizenkorrels. Na drie weken muizenkorrels was Willemien nog steeds niet dood. Sterker nog, het aantal drolletjes leek toe te nemen, de analyse was snel gemaakt. Hoe meer muizenkorrels ze at hoe meer stoelgang. De helft van het pakje was al op en normaal gesproken was dat genoeg voor een hele kolonie muizen. Tijd voor een dubbele aanpakx85. extra korrels en diervriendelijke muizenvallen tegelijkertijd. Willemien moet toch verzwakt zijn en zo een val in waggelen.
Pas na vier weken bleven de korrels sereen liggen in het muizendoosje. Vincent van Gogh zou er zo een stil leven van gemaakt kunnen hebben. Willemien was blijkbaar bezweken aan de uiteindelijke vergiftiging.
Na een paar dagen van rust zei ik oprechtx85x85en toch mis ik haar!

Jeugdsentiment

Deze foto komt van wat vroeger het witte weekblad heette en nu Dichtbij. Echt jeugdsentiment want de plek van ijspret is het vierbuizenmeertje in Badhoevedorp. Geklemd tussen de Rijstvogelstraat, de Groene Zoom en de Burgermeester Amersfoordtschool. Alle Neeringen hebben hier hun schaatssporen liggen. Samen met de familie van Goethem, de familie Hermans, Post enz hier, op het vierbuizenijs, op je frieze doorlopers een sprintje trekken om vervolgens thuis te komen en je koude handen steevast te leggen op de zwarte allesbrander en later de DRU-gashaard. Met als gevolg de zeer pijnlijke tintelende handen. Het vierbuizenmeertje waar geen stekelbaars meer veilig was voor onze jongenshanden. Het meertje met het eilandje in het midden waar je zomers via een geheime platgetreden rietroute kon komen om te zoenen met je meisje. Het meertje waar een schoolgenootje onder het ijs zakte en verdronk en een engelenmis in een witte kist was tragisch zijn slotakkoord. In feite is het vierbuizenmeertje de virtuele Dam van Badhoevedorp!

Column Nelleke Noordervliet – Rudolf Steiner #Radio1 #OVT

Australie 

Foto: Alex Lancee – Australië 2011

Ik hoorde vanmorgen deze column van Nelleke Noordervliet op Radio 1 bij OVT, erg goed!

Rudolf Steiner

In Den Haag verrees in 1928 op een duintop de Rudolf Steinerkliniek. Kranten schreven ‘Het gebouw ligt in volmaakte harmonie met de natuur op de top van een duin, is als het ware een voortzetting van het duin'. 'Het dak is als een schulp, waaronder het gebouw als een organisme ligt'. Het leek op een enorm gestrand schip, de ark van Noach op de Ararat. En ook van binnen had het alle kenmerken van het antroposofische gedachtengoed. De patientenkamers waren in verschillende kleuren gedacht. Elke kleur had een bijpassende werking. Er waren kamers, waarin alles rood was: muren, gordijnen en meubilair. Geel, oranje en rood stimuleren het stofwisselingsproces; blauw en paars het denken, de zintuigen en de zenuwen; purper werkt op alles en groen is neutraal. De zusters droegen een lila-rose uniform. Dagelijks lazen zij een uur lang in het werk van de grote voorganger en ook lazen zij patienten daaruit voor.

Bij gebrek aan antroposofische specialisten bleef het ook na de oorlog een algemeen ziekenhuis met een beperkt aantal bedden, zij het op antroposofische grondslag. De kleurenleer is daar maar een aspect van. Sleutelwoorden zijn karma en reincarnatie. Hoe dat voor de ziel in zijn werk gaat verduidelijkt het volgende citaat: ‘Bij het incarnatieproces omkleedt het zich weer met een zielegestalte of astraal lichaam en met een levenskrachtenlichaam of etherlichaam. Na de dood, dat wil zeggen na het sterven van het fysieke lichaam, worden deze omhullingen weer afgelegd. Bij het etherlichaam gebeurt dat heel snel, bij het astrale lichaam gaat het heel geleidelijk. Bij beide kan van een oplossingsproces worden gesproken: het etherlichaam lost op in de etherische wereld, het astrale lichaam vergroeit met de zielewereld.’

Eind 1977 kwam ik in de Rudolf Steinerkliniek terecht. Ik ben niet gelovig en hang geen metafysisch systeem aan. Elk geloof is ten diepste een poging de mens te verzoenen met zijn sterfelijkheid door de dood voor te stellen als een overgang naar een beter leven. Barmhartig bedrog op zijn best, op zijn slechtst een instrument voor misbruik en manipulatie. Maar mijn neuroloog had er een paar bedden. Ik kreeg een groene kamer met uitzicht op het rustgevend groene Westbroekpark waar een paar late rozen nog mijn stofwisselingsproces stonden te stimuleren. Liever had ik een blauwe kamer gehad, vanwege de zenuwen, nog beter ware een purperen geweest, de panacee voor alle kwalen. Ik kende de antroposofie alleen uit de wat etherische en artistieke opvoedmethoden van de Vrije School, die ongelooflijk aardige kinderen voortbracht, voorbestemd om in de harde buitenwereld een zware dobber te hebben. Met Sint Maarten kwamen de Vrije School kinderen voor me zingen. Ze brachten tekeningen en hoefden geen snoep.

De neuroloog was empathisch, ja bijna filosofisch. De goede man stond voor het venster, keek lang en zwijgend naar buiten naar het herfstige park, schudde zijn hoofd, zuchtte en zei vol meegevoel: ‘Achx85 zo’n jonge vrouw nogx85en met zo’n jong kind.’ Dat sloeg op mij. Mijn fysieke lichaam had in die tijd een tumor ontwikkeld achter mijn oog. Van welke aard het ding was, wist men nog niet. Daar werd nu juist onderzoek naar gedaan. Mijn astrale lichaam en mijn levenskrachtenlichaam stonden erbij en keken ernaar, klaar om snel op te lossen in de etherische wereld of in de zielewereld, waarna ze zich weer zouden kunnen hechten aan een fijn nieuw fysiek lichaam. Reincarnatie is verraad.

Nelleke Noordervliet