Rond de Sloterbrug!

Gisteren werd in Café Kerkzicht in Oud Sloten het boek “Rond de Sloterbrug” gepresenteerd door de vier schrijvers ervan. Het is een drukte van jewelste in het café tegenover de St.Pancratiuskerk. Met veel enthousiasme lichten de scribenten een tipje van de sluier op over hoe het boek is opgebouwd en tot stand is gekomen. In feite verhalen geschreven door jongens die nog steeds jongens zijn met een katholieke achtergrond, ook al ogen ze nu als krasse knarren. Rond de Sloterbrug is vooral een verhalenboek over de jaren vijftig en zestig in Badhoevedorp/Sloten/Oud Osdorp. De verhalen gaan o.a. over de oude rivalenstrijd tussen de voetbalbuurverenigingen Pancratius en Lijnden, over de geschiedenis van de Walviskaken bij de Burgemeester Amersfoordtschool, over de bronzen plak van het Misdienaarselftal in 1966 van de HH Engelbewaarders parochie. (inclusief foto met André Neering en Frans Neering). Verhalen over het bezoek van Joop den Uyl aan de Osdorperweg, over de ronde van Badhoevedorp, over “de dorpsgek” Malle Hans, over het Akerbad (zwembad in Sloten net over de brug destijds) en over nog veel meer. Alle verhalen zijn gelardeerd met de herinneringen van de schrijvers of geïnterviewden. Ook gedichten ontbreken niet en zijn een welkome afwisseling.

Het boek is te verkrijgen bij boekhandel Jaspers aan de Sloterweg en bij Boekhandel Meck & Holt in Osdorp op Tussenmeer. Voor meer info of bestellingen kan je ook kijken op www.ronddesloterbrug.nl

Schrijvers: Paul Kroes, Jan Loogman, Kees Loogman en Kees Schelling

Edward Neering

Het Misdienaarselftal met André Neering (staand 5e vanaf links en Frans Neering als supporter, staand 3e van rechts)

VroegÂh was alles beter!

Edward Neering in zijn rol van interim manager bij gemeente Amsterdam.

Was vroeger alles beter? Zeker niet is dan al het antwoord van mijn kant. Ik werd voor de gemeente Amsterdam geïnterviewd over bijna 40 jaar bij de gemeente Amsterdam. Ooit begon ik ergens in 1980 via BBB uitzendbureau als dossierzoeker bij de vroegere gemeentelijke sociale dienst. Ik diende het zogenaamde belblok. Een klant belde waarom zijn uitkering niet was uitgekeerd/verkeerd was berekend en dan aan mij als uitzendkracht de taak om het dossier te zoeken opdat de medewerker aan het belblok de klant hopelijk het telefonische antwoord kon geven. Een hele klus als deze niet in de dossierkast stond maar ergens op een bureau lag bij één van de 60 medewerkers van de afdeling comptabiliteit aan de Amsterdamse Vlaardingenlaan. op 600 vierkante meter kantooroppervlakte was er één computer. Deze kon je alleen raadplegen. Er stond altijd een rij om een printje te maken als het computerscherm daar aanleiding toe gaf. 1/32 was de code dat de bijstandsuitkering was geblokkeerd omdat er geen werkbriefje was binnengekomen. Het werkbriefje was in het echt een ponskaart die ingevuld moest worden in de toemalige blauwe gemeentelijke girobus gepost moest worden.

Foto’s genomen op het Bos en Lommerplein in 2019

In 1982 startte ik als maatschappelijk werker bij dezelfde sociale dienst (Nu de dienst Werk, Paricipatie en inkomen) bij de afdeling Wet Werkloosheidsvoorziening. Na een korte inwerkperiode startte ik op de Herengracht in het centrum waar nu hotel Crown zit op de hoek Vijzelstraat/Herengracht, schuin tegenover De Bazel waar oa het Stadsarchief en Bureau Interim & Advies is gevestigd. Ik rookte als een ketter (meer dan een pakje per dag) en op de Herengracht waren er spreekkamers in oranje/bruin met een losse telefoon zonder computer oid. De asbak stond uitnodigend op het bureau. in de bedompte ruimte werd gewoon gerookt, vaak rookte je samen met de client, want zo werd de klant van toen genoemd.

Ook veel agressie. Diezelfde asbak dan wel telefoon heb ik naar mijn hoofd geslingerd gekregen als de client niet succesvol was om een voorschot te krijgen. Beveiliging was totaal niet aan de orde. Incidenteel kwam de politie langs. Geen agressietrainingen oid. Niet zeuren en gewoon weer doorgaan was het adagium.

Foto’s: Sanne Couprie in opdracht van gemeente Amsterdam


Licht, Lucht en Leven. Nieuw boek Kees Schelling


Licht, Lucht en Leven

Op 2 december 2018 vond in café Kerkzicht een bijzondere gebeurtenis plaats. Het vierde boek van Kees Schelling werd gelanceerd. Nu een verhalenbundel over de inwoners van de Sloterpolder, zeg maar wat nu stadsdeel Nieuw West is. Voor iemand met tijdsgevoel is dit geen eens zo lang gek geleden. Zeg maar de tijd voor 1953.

In de verhalen in ‘Licht, lucht en leven’ keert Kees Schelling terug naar de voormalige Sloterpolder, een sprookjesachtig gebied aan de rand van Amsterdam West. De Sloterpolder ontleende zijn unieke karakter aan het feit dat hij tegen de stad aan lag, maar tegelijkertijd bijna volledig geïsoleerd ervan was. De polder was aanvankelijk alleen via het water en later te voet te bereiken.
In dit boek vertellen veertien voormalige inwoners van dit gebied hun verhaal en geven daarbij een veelzijdig beeld van het leven in de polder.
Een leven vlakbij de grote stad, maar wat sfeer betreft ver daarvan verwijderd.

Een leven dat gekenmerkt werd door werken, werken, werken, een onverwoestbaar geloof en een grote betrokkenheid op de familie en het gezin.
Een hard leven ook. Niet alleen door de omstandigheden waaronder geleefd moest worden, maar ook door de tijd waarin crisis, oorlog en wederopbouw elkaar opvolgden. En voor de bewoners van de Sloterpolder betekende wederopbouw geen herstel, maar ging die periode gepaard met vertrek, verlies en verdriet omdat er ruimte gemaakt moest worden voor de stadsuitbreiding van Nieuw West.

‘ Licht, lucht en leven’ vertelt verhalen over tuinderijen onder de rook van Amsterdam, de stadsbevolking die in de hongerwinter de polder introk op zoek naar voedsel, over tuinders die met hun groenteschuitje naar Zeeland trokken om daar hulp te verlenen bij de watersnoodramp, over de scheepswerf in de polder waar de bootjes voor de boeren en tuinders werden gebouwd, over de oorlog, de honger en het verzet tegen de Duitsers, over een onwrikbaar geloof, maar vooral over het gewone dagelijkse leven van de mensen in de Sloterpolder bij Amsterdam.

De prijs van het boek is € 19,95 exclusief verzendkosten en het is te bestellen op www.keesschelling.nl . In de boekhandel kost het boek € 19,95. Je kunt ook mailen naar: pijlschel@hetnet.nl. Voor boekhandels waar het boek te verkrijgen is: zie de home pagina van www.keeschelling.nl 

 

Kees Schelling

Reisverslag koningssteden Marokko

Reisverslag Marokkaanse Koningssteden

 

Tekst en foto’s : Edward Neering. tenzij anders vermeld

2 december 2017

Zo, even een weekje er tussenuit, dacht ik begin november. Ben nog maar een week weggeweest naar Bretagne sinds IJsland begin september vorig jaar, voor de rest gewerkt aan een beter Amsterdam. Goede ervaringen met Kras vorig jaar dus nog maar een keer. Ik had een rondreis Andalusië op het vizier maar het werden uiteindelijk de koningssteden in Marokko via Krasreizen, en dat in 8 dagen in de laatste week van november 2017.

Iedere dag uitgebreide lunch 

Gezien alle perikelen op Schiphol de afgelopen maanden was het advies om 3 uur van te voren aanwezig te zijn. Alles samenvattend was ik om 10 voor half acht op de luchthaven en om 10 over half acht was ik al door de douane heen met mijn spiksplinternieuwe paspoort! De vlucht naar Casablanca was pas om 10 over half tien dus met de kennis van nu had ik mij nog twee keer kunnen omdraaien! Mooie boel. Schiphol was in de taxfreezone al helemaal in de kerstsfeer en dat op 23 novermber, beetje te vroeg lijkt mij.

Schiphol op 23 november in kerstsfeer

Op Schiphol ook nog even gewisseld, 100 Marokkaanse  dirham is ca € 10,00, iets minder. Lekker makkelijk bij het rekenen. De vlucht duurde iets meer dan 3 uur. Met windkracht acht,  8 graden en de nodige turbulentie opgestegen vanaf onze nationale luchthaven en drie uur later met 26 graden in een onbewolkt windstil Casablanca landen. Bij de aankomst bleken er 2 groepsgenoten spoorloos te zijn. Achteraf hebben deze op het laatst geannuleerd. Dit alles leverde wel een vervelend oponthoud op  de luchthaven van de Marokkaanse havenstad.

Marokkaanse Dirham  20 dirham is 2 euro

In de bus blijkt onze reisleider Abdoul te zijn. De buschauffeur Said en zijn assistent Aziz. Wat de rol van Aziz nu precies is, even los van de leden van de groep tellen in de bus en de koffers in- en uitladen, is mij volslagen onduidelijk. Het lijkt op een soort Melkertbaan en hij moet toch ook eten en slapen en salaris ontvangen voor de gehele week dat hij mee is. Ik zie direct al het schrappen van een kostenpost van Krasreizen, maar dat terzijde. Abdoul heeft een stopwoordje, en dat is “oké”. Hij informeert de groep deskundig. Op zich goed dat we een Marokkaanse reisleider hebben die trots is op zijn land. “Geen Marokkaans water drinken, oké, geen sinaasappelsap drinken in de hotels, oké. Geen fooien geven, dat regel ik, oké,  als Marokkanen verboden horen dan weten ze één ding. Alles wat verboden is, is niet verboden, oké en zo gaat Abdoul nog even door. Hij voegt er nog wel even aan toe dat het wel de bedoeling is dat we hem als reisleider een fooi geven aan het eind van de reis als we tevreden zijn. Ik dacht natuurlijk, okeeeee!, zit dat zo.

Marokko in Noord West Afrika

Casablanca

We komen aan in Casablanca. Eerst een wandeling over de moderne boulevard en daarna een bezoek aan Hassan II moskee aan de buitenkant. Morgen gaan we deze van binnen bekijken. Casablanca is in de 16e eeuw door de Portugezen ingenomen. Zij gaven het plaatsje Anfa het de naam Casa Branca, het witte huis. Later dus Casablanca. We kennen natuurlijk de plaats uit de gelijknamige film met Humprey Bogart en Ingrid Bergman met de legendarische zin van Bogart “play it again Sam” als hij zijn sigaret van de linkerkant naar de rechterkant van zijn mond laat rollen. Little Feat (Popband jaren zeventig)  maakte hier later in een songtekst “Don’t Bogart that joint my friend” van.  Sam was de pianist die tot diep in de nacht om zijn piano rammelde in een Marokkaanse nachtbar in witte stad.  Voor toeristen heeft Casablanca weinig te bieden alleen dus de moskee en de kustlijn met zijn mooie boulevard. 60% van de economische activiteiten van Marokko vinden hier plaats in één van de grootste havens van Afrika. Het oogt als een West Europese stad. De meeste Europese toeristen komen hier eigenlijk alleen omdat het hun vliegbestemming is.

Hassan II moskee De volgende dag in de vroege ochtend gaan we naar Hassan de 2e moskee. Deze moskee is de op 2 na grootste moskee ter wereld. Alleen Mekka en Medina zijn groter. In de jaren tachtig heeft de Marokkaanse bevolking + grote gift uit Saoedi Arabië deze moskee t.w.v. 600 miljoen geschonken aan koning Hassan. In 6 jaar tijd is deze moskee gebouwd vanaf 1987 met uitsluitend Marokkaanse materialen met uitzondering van  de 175 glazen kroonluchters van Italiaanse makelij en een weinig Italiaans marmer. Er kunnen totaal 14.000 gelovigen naar binnen. Het dak kan open, doet mij denken aan de Ajakkes Arena in Amsterdam maar dan voor gelovigen Er zijn 5 gebedsdiensten per dag. Tijdens de Ramadan bidden er nog eens 80.000 gelovigen buiten. Een van binnen prachtig bouwwerk met allerlei moderne snufjes. De architect is een fransman, dat vind ik nu weer wat minder voor zo’n groots Marokkaans project.

Rabat

We rijden naar Rabat waar we het oude stadsdeel gaan bezoeken. Onderweg langs de snelweg een heuse IKEA, het moet toch niet gekker worden. Prachtige medina in Rabat en daarna pittoreske kashba met kleine straatjes witte huizen en blauw geschilderde onderkanten bij de huizen. Kortom een prachtige kleurrijke ervaring. Ook de eerst grote indrukwekkende islamitische begraafplaats, toch weer even wat anders dan Zorgvlied en Westgaarde in Amsterdam. De begraafplaats kijkt prachtig  uit over de Atlantische oceaan echter de doden kijken de andere kant op richting Mekka.  Onze eerste Marokkaanse lunch met tahin is de volgende activiteit. Lekker hoor de Marokkaanse  lunches. Steeds weer 3 gangen in prachtige traditionele restaurants 1e ronde is met allerlei liflafjes, twee ronde is met Tahin, vaak couscous met groenten en kip. In Marokko is de aardappel ook een groente dus die krijg je deze  bij de couscous. En afsluiten met fruit en muntthee. De toetjes en koekjes zijn zo zoet zodat mijn vullingen in mijn gebit een vreugdedans doen, ik ben geen zoetekauw.

Kashba in Rabat

Vervolgens een Mausoleum bezocht met de laatste twee koningen, de namen ben ik even kwijt. Voor de huidige koning is reeds een plekje gereserveerd. Een beetje vergelijkbaar met de graftombe in Delft voor de koninklijke familie van Nederland, maar dan bovengronds en voor het publiek toegankelijk. Naast het Mausoleum ligt de moskee die nooit is afgebouwd. Zie de foto’s. Meest opvallend van dit bezoek zijn de wachters die op een paard naast de poorten de wacht houden. De paarden staan in een zandbakje en wachter en paard wordt beschermd door een afdakje. Marjan Thiemen zou hier kamervragen over zijn gaan stellen.

Paarden met Ruiters op wacht voor het Mausoleum

Mausoleum van de vader en opa van de huidige koning in Rabat

Inmiddels is mij ook duidelijk dat Marokkaanse moskeeën vierkant zijn in plaats van de Turkse moskeeën waarvan de torens rond zijn met een punte erop. Het muntje is bij mij gevallen in het verschil tussen de Moskee in de Amsterdamse Baarsjes (Turks) en die van op de Postjesweg(Marokkaans).

De niet afgemaakte moskee bij het Mausoleum in Rabat

Foto: Begraafplaats in Rabat

Fes

De 3e dag overnachten we in Fes. Eerst een tour van “Fes by night” georganiseerd door onze reisleider. Eerst de poorten van het paleis (gemaakt van Messing)  bezocht van het koninklijke paleis en daarna een tocht door de Souk (de Bazaar in de oude stad)  in avondtijd. Een kleurrijk schouwspel in deze mooie koningsstad. Als er een ezel aankomt hoor je Ballack, nee niet de Duitse voetballer, maar het woord voor “opzij, opzij” of misschien voor “opzouten” of “opgedonderd”. In mooie Nederlands “wilt u zo vriendelijk zijn om ruimte te maken”.

De volgende morgen vanuit Fes naar Voubilis. Overblijfselen van een oude Romeinde stad uit het Westromeinse rijk (zie foto plattegrond) en later een grote Berber nederzetting aan de Rand van het Rifgebergte. Vanaf 45 jaar na Chr. viel Voubilis dus onder Romeins bewind. Schitterende ruïnes met veel mozaïek en een prachtige gerestaureerde stadspoort. Hoogtepunt is toch de Romeinse Yakuzi waarmee aangetoond is dat de Romeinen hun tijd ver vooruit waren.  De rit door het Rifgebergte maakt van de bus een massageapparaat, onze gids spreekt van een Berbermassage als de bus over hobbelige wegen zijn weg moet vinden. Hier komt de term “rijke stinkerd” vandaan omdat de romeinen belasting hieven op het toiletgebruik in een tijd dat WC verfrissers nog niet bestonden.

Foto: Voubilis  is de oude Romeinse stad. Zie kaart voor inzicht plaats in het West Romeinse Rijk. zie op zuil een Ooievaarsnest

Meknes

Vanuit de oude Romeinse Voubilis bezoeken we de oude stad Meknes, de derde Marokkaanse koningsstad.  De oude Souk (Bazaar van de oude stad) en  daarna de Heri El Souani hoge gewelfde ruimtes verdeeld over 23 schepen die ooit gebruikt werden als pakhuis en graanopslag. Daarna de immense stallen welke destijds plaats boden aan meer dan 12.000 paarden. De slangenbezweerder op het plein heeft twee slangen die niet vooruit te branden waren en weigerden om omhoog te komen. Geen slangenerectie, geen dirham, zo is dat! Wel een leuk bezoek aan Meknes wat zeker de moeite waard was. Gelukkig weer via de snelweg terug naar Fes zonder Berbermassage.

Nu echt Fes!

Het probleem van het hotel in Fes, waar we drie nachten zijn, is dat de ze bar/disotheek met Marokkaanse muziek onder mijn hotelkamer ligt en dat ze de dakramen van de bar open hebben staan om mij in mijn hotelkamer live mee te laten genieten. Drie nachten lang kan ik pas om 1 uur gaan slapen. Ze houden zich wel aan de sluitingstijden, dat dan weer wel. Een plaatselijke gids zal ons deze dag begeleiden in Fes in de Medina. Hij praat snel, hard en gedreven. Ik mag hem wel. Wat blijkt, hij is nu de buurman van Tarik Sektaoui, de voormalige rechtsbuiten van AZ onder het bewind van Co Adriaanse zo rond 2004. Hij blijkt nu trainer te zijn van de plaatselijke club uit Fes die in de 2e divisie speelt.  Fes is een zeer markante stad in Marokko. We beginnen de Fesdag met een fort boven de berg met een schitterend uitzicht over de stad met een strakblauwe hemel als decor met een graadje van 24 en dat eind november. Vervolgens naar een Keramiekfabriekje. Het fabriekje is vol in bedrijf en ze doen volgens mij goede zaken. Leuk om dit te zien en grappig om te zien dat een werkneemster een pot beschilderd met een mobieltje tegen haar hoofd om met haar vriendje te babbelen. Ook hier verandert duidelijk de tijd.

foto: Uitzicht op Fés, de straathandel is overal

Foto: Ooievaar op de stadsmuur van Fés

Dan worden we afgezet door de KRASbus om een wandeling van te maken door een gedeelte van de meer dan  9000 steegjes in de oude stad Fes met een de mooiste Souk  (overdekte markt/bazaar). Onvoorstelbare mooie ervaring. Sommige winkeltjes zijn niet groter dan een 2 deurs hangkast. Er wordt van alles verkocht. Potten, pannen, bezems, dromedarisrug vlees, nougat, tafels stoelen, doodskisten, groenten en alles wat daar tussen zit.

Foto: Souk van Fés Keramiek

De steegjes zijn zo smal dat er geen auto’s, vrachtwagens, fietsen, brommers kunnen rijden. Het enige vervoer zijn muilezels en duwkarren. Je hoort de mensen roepen dat ze er langs willen (Ballack, Ballack) en druk je jezelf tegen de muur/gaat aan de kant. Middenin dit labyrint hebben we een geweldige lunch. Dan nog een stukje lopen en bezoeken dan nog een leerlooierij. In grote baden met een soort zuur worden de huiden van de laatste haren ontdaan. Daarna gaan de huiden in de gewenste kleurbaden. Daarna hangen ze te drogen en worden dan verwerkt voor tassen, jassen, riemen en wat al niet meer. Het stinkt hier als bunzing en de bezoekers krijgen een takje mint om onder de neus te houden tegen de stank. Dat levert natuurlijk een mooie foto op. Alles samenvattend, een fantastische dag in een markante Stad. Fés is de naam.

foto: de baden waar het leer wordt schoongemaakt en gekleurd

Foto: Muntblaadjes voor de neus tegen de stank vd Leerlooierij

foto boven: Fés , de Median met meer dan 9000 straatjes

Foto: de reisgroep van Kras

De groep

Net als in IJsland weer een leuke groep van allerlei pluimage. Van Enschede, Oldenzaal, Sevenum, Zutphen, Venlo, Lelystad, Heiloo, Egmond aan de Hoef, Groningen, Barneveld, Druten en Antwerpen. Van ex-dealer tot administratief medewerker, Van medisch analist tot inkoper, van mondhygiëniste tot Interim manager, vaan kinderdagverblijf tot techneut, van melkveehouder tot leerkracht van moeilijk opvoedbare kinderen. Eigenlijk zijn allen met koppels behalve Bas en ik. Hier verder geen last van gehad gedurende de week. Wel twee verdwijningen meegemaakt. De bus was vertrokken en Wim was er niet meer, die zat nog in Rabat. Dit kunststukje herhaalde hij nog een keer op het vliegveld in Casablanca bij de terugreis. Ook Bas was op een gegeven moment foetsie in Marrakesh na het paleisbezoek, in de middag keerde hij gelukkig heelhuids terug in de groep.

foto: Markt (Souk) in Fés, klant bij Groenteman

Beni Mellal

Fés ligt aan de voet van het Rifgebergte in het binnenland in het Noorden. De volgende dag verlaten we het Rifgebergte en vertrekken naar het Atlasgebergte met als bestemming Beni Mellal, een tussenstop met hotel richting Marrakech. Een schitterende route door het langs cederbomen en olijfbomen versierde route in een woeste kale natuur. Ook hier geeft de strakke blauwe lucht de natuur weer de juiste contouren. De lunch is onderweg bij twee Berbervrouwen vlakbij het stuwmeer van Ait Oum Bekth.

Foto: Berberrestaurant bij stuwmeer

Foto: Tahinlunch wordt geserveerd in Berberrestaurant

Heerlijk gegeten maar voor sommige reisgenoten blijkt de Berbermassage de wagenziekte te bewerkstellingen. Dus voor in de bus gaat zitten met blik op de weg is het medicijn met een primatourpilletje toe. Een lange rit vandaag van 370 km. Overigens een prachtig hotel met zwembad, een bad waar niet in gezwommen mocht worden tijdens ons verblijf.

Foto: Emmy vd Pol

Marrakech

Om half negen de volgende dag  vertrekken wij voor een rit vanuit Beni Mellal via de weg van veel kashba’s door het Atlasgebergte naar Marrakech. Beni Mellal ligt aan de voet van de atlasgebergte en ligt op een laagvlakte waar sprake is van veel irrigatie. We zijn in het gebied van Azilal Aforar. Een vruchtbaar land wat even doet terugdenken aan de verkaveling in Nederland.

Foto: Laagvlakte bij Beni Mellal, vruchtbaar door irrigatie

We gaan met de bus omhoog de Atlas in en maken een stop om deze vruchtbare laagvlakte nog even te bekijken  Dan op weg naar de grootste waterval van Marokko in Ait Taguella. Een schitterende waterval die de watervallen in IJsland even doet vergeten. Eerst van bovenaf bekeken en dan 621 treden op een goed aangelegde trappestraat naar beneden om dit natuurgeweld van beneden te bekijken. Tsja en dat moet je ook weer die 621 treden omhoog! Vervolgens daar de lunch gedaan met wederom een heerlijke Marokkaanse tahin maaltijd met een prachtig uitzicht. .

Foto: Waterval in Atlasgebergte

foto: Tahinlunch bij Waterval

Vervolgens richting Marrakech. Wederom een hotel met zwembad waar we 2 nachten gaan verblijven. Dat ik ooit sinds Loret de Mar in 1977 weer in een paardenkoetsjes richting het centrum van Marrakech zou belanden heb ik niet van te voren kunnen bevroeden. De groepsdwang heeft mij wellicht een zetje gegeven. Maar goed we zijn in de avond aangeland om het Magische marktplein van Marrakech. Een mooie bijzondere sfeer met schapenkoppen als decor voor het diner.

Foto: Schapenkoppen op marktplein in Marrakech

De volgende dag in de vroege ochtend de tuinen van Marjorelle bezocht, een soort Keukenhof voor cactussen in de binnenstad. Mooie tuin maar in een kwartiertje ben je er wel klaar mee. Na een uur op weg naar de Joodse wijk van Marrakech waar het paleis van de koning ligt. Dit is het enig paleis wat we van binnen bekijken. In één woord prachtig. Het Bahia paleis met ook hier weer prachtig gedecoreerde kamers voor de koning zijn 4 vrouwen en 24 concubines. En in het midden altijd een Riad ( middentuin). Vervolgens een koffie op een hoog terras. Vervolgens naar het Mausoleum van Marrakech met Saidische graven in de oude stad. Erg fraai maar wie daar precies liggen ben ik weer even kwijt en is ook niet zo relevant. Ik breek daar zowat mijn nek omdat ik een trede over het hoofd zie, dat heb je ervan als je kippig bent met bril op. De Koutoubla moskee met de hoogste minaret van Marrakech is steeds meer dominant in het straatbeeld, met zonstand geeft dat soms erg mooie plaatjes.  Als laatste een soort kruidendokter. We krijgen een geweldig enthousiaste presentatie van de “kruidendokter“. Hij heeft allemaal kruiden voor diverse kwaaltjes en hij beloofd dat het allemaal helpt. Snap niet dat de Nederlandse gezondheid organisaties hier niets mee doen. Denk dat minstens 90% van de ziekenhuizen en klinieken in Nederland kunnen sluiten. Ook huisartsen en medisch specialisten zijn dan overbodig. Jaja, ik koop iets tegen neusverkoudheid maar de verkoudheid wordt alleen maar erger.

Foto: de tuinen van Marjorelle

Slangenbezweerder op het Martktplein van Marrakech

 

De middag is vrij en ik besluit alleen op stap te gaan. Ik neem een shuttle naar de binnenstad vanaf het hotel. Word ik bij het treinstation afgezet, kilometers van de mooie binnenstad. Ik dus op weg. Buiten de groep ben je een stuk kwetsbaarder. Ik word tot twee keer toe, dat bleek achteraf, de verkeerde kant op gewezen. Uiteindelijk neem ik een stadsbus voor 4 dirham naar de binnenstad. Vervolgens de overdekte markt (Souk) van Marrakech bezocht. Ook een mooie Souk maar die van Fés is mooier. Het plein is dan weer typisch Marrakech met slangenbezweerders, bandjes, straatartiesten, eettentjes en overige markt. Het is hier elke dag Koningsdag. In de Ramadan tot 3 uur in de nacht, normaal tot 24.00 uur open.

Foto: Specerijen op de markt bij Marrakech

Foto: Straatmuzikant

In de avond nogmaals met de groep het plein van Marrakech bezocht. Daarna een diner met muziek en buikdanseressen. Net als de koetsjes moet ik hier even doorheen. Ik ben snip verkouden en het gaat een beetje langs mij heen. Gelukkig wel een biertje erbij hier want alcohol is alleen te verkrijgen in de hotels en de restaurants voor toeristen.

Marokko

 foto: Moskee in Marrakech 

Een beeld wat niet naar voren komt in dit reisverslag is dat ik Marokko een heel verrassend land vind. Even los van de toeristenatrracties zijn de steden zoals Casablanca, Rabat, Marrakech en Fés moderne steden. Er zijn geen sloppenwijken. En het stadsleven doet heel Europees aan. Ik denk dat in sommige delen van Amsterdam Nieuw West er meer Marokkanen in tradionele kleding lopen dan in delen van Casablanca. De vergelijking doemt bij mij op van Hollanders die in Canada bij elkaar klitten en vasthouden aan oude waarden en normen. Een land met meer dan 30 miljoen inwoners, 11 keer zo groot als Nederland en met een enorme economische ontwikkeling en mooie ambities en mogelijkheden op het gebied van toerisme en grondstoffen. De huidige koning is faciliterend, misschien wel een mooi voorbeeld van dienend leiderschap als ik Abdoel, onze gids moet geloven. Marokko is een aanrader. Ik ben ook benieuwd naar het zuidelijke deel van dit land met oa de Sahara. Voor deze albino is dat een brug te ver. Veel plezier en moois als je gaat!

Edward NeeringFoto boven: We wederom couscous tussen de middag

 

 

 


Een verloren paradijs #keesschelling #boek

Een verloren paradijs

Sfeervol boek belicht het leven in de Sloterpolder  (nu Slotervaart) in de vorige eeuw.

verloren-paradijs

De Sloterpolder, een verloren paradijs

Waar tegenwoordig het stadsdeel Slotervaart ligt, lag vroeger de Sloterpolder, een gebied van ongerepte schoonheid waar alleen tuinders en boeren woonden.

De Sloterpolder ontleende zijn unieke karakter aan het feit dat het onder de rook van de stad lag, maar tegelijkertijd voor de meeste Amsterdammers een volstrekt onbekend gebied was. Het lag geïsoleerd omdat de polder eerst uitsluitend via het water en vanaf het eind van de jaren 20 ook te voet, bereikbaar was. De Sloterpolder werd ook wel ´de groentetuin´ van Amsterdam genoemd. De stad was voor de dagelijkse aanvoer van verse groenten lange tijd afhankelijk van de in deze polder aanwezige tuinderijen.

Mooi tijdsbeeld.

Over het leven in de Sloterpolder heeft Kees Schelling een boek geschreven: “Een verloren paradijs”. Het boek vertelt het verhaal van het gezin waarin zijn moeder is opgeroeid. Zij is een dochter van Karel Kenter en Anna Overwater die met hun elf kinderen van 1923 tot 1954 leefden in de Sloterpolder bij Amsterdam. Het verhaal geeft niet alleen een beeld van het leven van de familie Kenter, maar laat vooral ook zien hoe er in die tijd aan de rand van de stad werd geleefd op een manier die nu niet meer voor te stellen is.

Voor het boek interviewde hij de negen kinderen van het gezin en hun mannen en vrouwen die nog in leven zijn. De persoonlijke verhalen van de kinderen lopen als een rode draad door het verhaal en zijn verbonden met meer algemene onderwerpen die samenhangen met het leven in de Sloterpolder, zoals het water, de tuinderij, de besloten gemeenschap, het geloof, de opvoeding, de oorlog, de relatie met de stad, de onteigening en het vertrek uit de polder.
De Sloterpolder

Het verhaal is niet alleen een tijdsbeeld, maar ook een eerbetoon aan mensen die vooral door heel hard te werken en liefde voor het gezin, jaar in jaar uit, in moeilijke omstandigheden, het hoofd boven water wisten te houden.

Een verhaal over het dagelijkse leven dat bepaald werd door het ontbreken van wegen en de aanwezigheid van sloten en vaarten. Typerend voor de Sloterpolder waren de aan het water gelegen houten woningen met hun spoelhuizen, de akkers vol sla en andijvie, de glazen broeibakken die in de zomer de blauwe luchten zo mooi weerspiegelden, de schuitjes op weg naar de veiling, zwaar beladen met kisten vol gele komkommers. Maar bovenal de wonderlijke, ongerepte schoonheid van dit bijzondere gebied.

Het boek is 225 pagina’s dik en bevat ca. honderd foto’s, kaartjes, bidprentjes en krantenartikelen uit die tijd. De prijs is € 22,95.

Het boek is vanaf 12 november verkrijgbaar bij boekhandel Jaspers in Badhoevedorp, bij boekhandel Primera in Zwanenburg en bij boekhandel Meck en Holt op Tussen Meer in Osdorp.

Meer informatie over het boek is te vinden op www.keesschelling.nl Het boek kan ook via deze website worden besteld

keesKees Schelling: auteur van het diverse boeken waaronder “een verloren paradijs”

IJsland in 8 dagen. #Reisverslag

ijs-3-schotsen-2016Foto boven: IJsschotsen 2016 breken af van grootste IJslandse Gletsjer, zie verder deze blog voor meer foto’s van dit fenomeen.

imageFoto: Vlag IJsland in al zijn oneindigheid

Donderdag

Lekker een weekje alleen op vakantie naar IJsland, heerlijk. Daarnaast mijn opdracht als interim manager bij de Omgevingsdienst in Zaandam succesvol afgerond en per 12 september 2016 een nieuwe opdracht als interim mananger voor de boeg. Kortom niets aan mijn hoofd zowel prive als qua werk. Helemaal leeg.

We ontmoeten elkaar op Schiphol voor de avondvlucht naar IJsland. Schiphol begrijpt haar klanten, bij veel gates zijn laptopdesks met stopcontacten. Geen batterijproblemen dus!  We vertrekken met een uur vertraging rond 23.30 en komen rond 00.30 aan op de luchthaven van Keflavik, aangezien het op IJsland twee uur vroeger is; we krijgen er m.a.w. twee uur vakantie bij! Die we overigens aan het einde van de vakantie weer gaan teruggeven aan vadertje Tijd. .Onderweg zien we opeens ook het noorderlicht, wat te zien is in de vorm van grijswitte bewegende ‘gordijnen’. Bij mij komt de gedachte op “is dit nu alles met het Noorderlicht?, verder op  deze trip worden we nogmaals in kleur op dit prachtige fenomeen getrakteerd.  Rond 02.00 uur arriveren we in het centrum van Reykjavik in Hotel Storm voor een korte nachtrust.

ijs-geld-2016

Foto: IJslandse kronen: 1000 kronen is 8 euro

Vrijdag

image

Foto: de plaats waar Gorbatsjov en Reagan een eind maakten aan de koude oorlog eind jaren tachtig. 200 mtr van Hotel Storm

Om 9.30 vertrekken we na een prima ontbijt en maken kennis met onze chauffeur, Johann. Hij blijkt een prima chauffeur te zijn (IJslandse wegen vragen voortdurend concentratie!) en uiterst schoon op de bus. Mooi voorbeeld wat bevlogenheid met werknemers kan doen. Zelden gezien dat een chauffeur zijn bus schoon maakt voor zijn baas als het reisgezelschap iets bezoekt. We verlaten de stad en stijgen al gauw naar de hoogvlakte Hellisheidi, die bestaat uit gestold lava. We passeren een geothermische centrale, waar wolken witte stoom naar de hemel oprijzen. Hier wordt heet water uit de bodem gehaald en naar Reykjavik getransporteerd in bovengrondse pijpen: ons douchewater van vanmorgen!

imagefoto: de hoogvlakte Hellisheidi “gestold lava”

Het is een grillig en desolaat landschap, en wordt ook wel Kristnitökuhraun (Christenlava) genoemd, vanwege het feit dat de vulkaanuitbarsting die voor dit landschap heeft gezorgd rond dezelfde tijd plaatsvond als de tijd van het aannemen in IJsland van de nieuwe religie: het christendom (in het jaar 1000).

Vervolgens rijden we verder over de ringweg en komen bij onze eerste waterval Urriđafoss (foss=waterval), eerder een stroomversnelling dan een waterval, maar aardig om als waterval mee te beginnen. Het is de opmaat voor een reeks steeds fraaier wordende reeks van watervallen. Daarna is er in de plaats Hvolsvöllur tijd voor koffie, we zijn tenslotte Nederlanders.


image

Foto: Seljalandsfoss

Dan de volgende waterval: de Seljalandsfoss, met de bijzonderheid dat je er achterlangs kunt lopen via een nogal modderig paadje. Je ziet dan dus een watergordijn voor je. Enkelen doen dit ook en houden het niet helemaal droog.

Inmiddels rijden we langs de beruchte vulkaan Eyjafjallajoküll, die in 2010 na een uitbarsting zoveel aswolken teweeg bracht dat in West Europa het luchtverkeer wekenlang ontregeld is geweest. De vulkaan is zelf niet te zien aangezien deze met sneeuw bedekt is, zoals veel IJslandse vulkanen.

ijs2-eyjafjallajokull-aswolken

foto: Eyjafjallajoküll in 2010, deze aswolken legden voor twee weken het vliegverkeer in Europa plat.

We zien hier een film met opnamen uit de tijd van de uitbarsting, verbonden met het lot van een IJslandse familie die vlakbij een boerderij heeft.

En dit alles in het licht van de dreigende uitbarsting van de Hekla en de Katla. In september 2016 is het niet meer de vraag of ze gaan uitbarsten maar wanneer ze gaan uitbarsten. Samengevat we zitten vandaag midden in de gevarenzone.

ijs-kathedraal-basaltwand-2016

foto: strand bij Dyrholey

We lunchen in Skogar, een openlucht c.q. transportmuseum. Daarna gaan we naar de waterval Skogafoss. Een steil pad brengt je naar boven waar het verval begint en vanwaar we een weids uitzicht hebben, over het binnenland en over de zee. Voor deze week zonder sportschool/hardlopen een mooie workout met “een stairway to heaven”.

Ons volgende doel is Dyrholey, met een prachtig strand en grillig gevormde rotsen. We hopen op papegaaienduikers, maar helaas, ze zijn reeds vertrokken. Papegaaienduikers nestelen hier en als de jongen zijn uitgevlogen gaan ze tot de volgende lente naar zee. Ze leven, eten en slapen op zee en kunnen zelfs zout water drinken.

image


Er zijn fraaie uitzichten en imposante rotsformaties die uit zee oprijzen. In de verte zien we het ‘trollenschip’ (rotsen die inderdaad op een schip lijken, dat volgens een legende door trollen aan land werd getrokken, maar het opkomende daglicht heeft alles versteend). We rijden een klein stukje verder en gaan naar Reynis, aan de andere kant van het zwarte strand, met prachtige veelkantige basaltzuilen. We maken hier een wandelingetje over het strand.

ijs-kathedraal-afstand-2016

We vervolgen onze weg en rijden opnieuw een lavaveld in, dat voor een groot deel met bruingekleurde mossen is bedekt. We rijden aan het eind van de dag nog even via een onverharde hobbelweg naar de mooie kloof Fjađrárgljúfur, waar we ook nog een wandelingetje maken. Tenslotte bereiken we ons hotel in Kirkjubæjarklaustur (d.i. kerk-boerderij-klooster), kortweg Klausturs genoemd.

Zaterdag

image

foto: kloof Fjađrárgljúfur,

We vertrekken om 9.00 en rijden als eerste naar een waterval, bij een camping gelegen. Dan lopen we een weiland in en bekijken een geologisch fenomeen dat Kirkjugolf (=kerkvloer) heet. Het zijn veelal zeskantige basaltzuilen waarvan wij alleen het bovenste gedeelte zien, de rest zit onder de grond. De naam kerkvloer is inderdaad goed gekozen.


imagefoto: Kirkjugolf (=kerkvloer)

We vervolgen onze weg en rijden de Skeidararsandur in (sandur=spoelzandvlaktes), een oneindige vlakte van spoelzand ontstaan na een enorme twee wekende durende vulkaanuitbarsting van een onder de gletsjer liggende vulkaan. Door de kracht van de explosie werd een deel van de gletsjer opgetild (een z.g. jökullhlaup), in stukken gebroken, en spoelde samen met rotsen, stenen, gruis en smeltwater naar beneden, alles op zijn weg vernielend. We pauzeren even bij de restanten van de brug die er eens was.

ijs-edward-heel-gletsjer-2016

Foto: Uitzicht op één van de 40 Gletsjertongen, gletsjer Skaftafelljökull.

Dan komen we in het Nationale Park Skaftafell. Na de koffie maken we met een aantal een ruim twee uur durende wandeling (met prachtig weer!) omhoog en staan dan boven te genieten van het uitzicht op de gletsjer Skaftafelljökull, een tong van de grote Vatnajökull, uitmondend in een gletsjermeer. We lopen dan over een hoogvlakten naar de Svartifoss, die zich tussen basaltzuilen naar beneden stort, en gaan daarna weer naar beneden; in totaal ruim 7 kilometer gelopen.

We nemen ook nog een kijkje bij een andere gletsjertong, de Svinafelljökull. Men kan deze gletsjertongen ook bewandelen olv een gids. Twee Duitsers hebben dat ooit alleen gedaan, zijn hier verdwenen en nooit meer teruggevonden. Een gedenksteen herinnert aan dit feit.

ijs-ijsschots-streep-2016

ijs-schemer-ijschotsen-strand-2016

ijs-vulkaanlandschap-ijs-2016

ijs-3-schotsen-2016

foto’s boven: hoogtepunt Jökullsarlon.

Dan volgt weer een hoogtepunt: Jökullsarlon. Het is een gletsjermeer, ontstaan door de zich terugtrekkende gletsjer, waarin enorme brokken blauwachtig gletsjerijs drijven in allerlei vormen.

imageWe maken op het meer een fotogenieke tocht met een amfibievoertuig. Delen van films als Tombraider, Batman begins en Die another day zijn hier opgenomen. Sommigen lopen ook nog even naar het strand, waar ook ijs ligt en zeehonden worden gezien. Tenslotte komen we aan in onze volgende bestemming, het plaatsje Höfn. Bijzonder is dat we hier maar liefst vier gletsjertongen van de Vatnajökull zien, die in zee afkalven; Een aantal van ons zien ’s avonds ook weer het noorderlicht maar nu in kleur (zie foto hieronder) .

ijs-noorderlicht-2016Foto: Noorderlicht bij Höfn

Zondag

ijs-gletsertongen-kopie

Foto: Uitzicht uit het hotel in Höfn, Goed kijken en je ziet 3 Gletsjertongen. Een mooi uitzicht tijdens het ontbijt van deze veelbelovende zondag.

We vertrekken weer om 9.00 en rijden als eerste naar de haven van Höfn, waar een zeemans- monument is. We stoppen onderweg even om een paar mooie IJslandse paarden te fotograferen. We rijden dan naar de pashoogte Almannaskard, waar we een weids uitzicht hebben.

We vervolgen onze weg langs de zuidkust. De weg stijgt af en toe en op het hoogste punt maken we een fotostop, hoewel het weer niet al te best is. Links van de weg zien we opeens een rode auto in een meer geparkeerd. Waarschijnlijk als gevolg van een stuurfout. De bestuurster zit in een deken gehuld achter het stuur en de aanwezige politie wacht op een takelwagen.

We bereiken het plaatsje Djupivogur. We drinken hier koffie in het oudste (roodgekleurde) huis van dit plaatsje. We bezoeken ook de ‘stenentuin’ van een verzamelaar/liefhebber die ons hier enthousiast over vertelt. Na de lunch rijden we eerst naar een project van de IJslandse kunstenaar Sigurdur Gudmundsson: 34 eieren van vogels die hier veel voorkomen. Ze zijn gelijk in grootte, behalve het ei van de Roodkeelduiker, dé vogel van Djupivogur; deze is veel groter.ijs-stenen-gekleurd-2016

foto: Stenentuin

Dan door naar Breidalsvik, een klein plaatsje aan de zuidkust, voor een toilet/bierstop. We zien een rendier en rijden verder het binnenland in. Op een paar boerderijen na is het goeddeels onbewoond. We rijden door een tunnel en komen aan in Egilsstadir bij Hotel Herad Icelandair, een mooi hotel waar we genieten van een prima diner.

imagefoto: Rendieren in het wild

Maandag

We vertrekken om 8.00 en passeren de rivier Langafljöt, waar al eeuwenlang een bijzonder slangachtig dier in zou huizen (zie Youtube onder Egilstadir lake monster). Gisteren regen en vandaag klaart het weer mooi op. ijs-vulkaanlandschap-met-tractor-2016

We verlaten de ringweg en gaan over een onverharde weg stijgend door een totaal verlaten deel van IJsland en maken een paar fotostops. Voor de koffie komen we aan in Möthrudalur. Het is eigenlijk een boerderij, maar een leuke plek om koffie te drinken. Een brutale geit stoort zich aan niks en niemand, en ook zijn hier twee kleine tamme vosjes. We zien de markante tafelberg Herdubreid, door IJslanders gekozen als zijnde de mooiste berg van het land.

ijs-tafelberg-2016foto: tafelberg Herdubreid,

ijs-vulkaanlandschap-binnenland-2016Foto: Fantastisch Vulkaanlandschap

Dan rijden we naar de volgende waterval Dettifoss, 100 meter breed en de krachtigste waterval van Europa, met grauw gekleurd water vanwege alle gruis en grind dat het meevoert.

ijs-waterval-regenboog-2016foto: waterval Dettifoss (grootste en krachtigste van Europa)ijs-2-edward-regenboog

Een beetje verlaat gaan we naar het vulkanisch zeer actieve gebied van Myvatn. Als eerste zien we Hverir. De aardkorst is hier relatief dun, en we zien kokende bubbelende modderpoelen, het ruikt naar zwavel, het borrelt, sist en boert. Het wordt hier ook wel het ‘aarsgat’ van IJsland genoemd. We noemen dit fumarolen en solfataren, openingen in de aardkorst waaruit hete gassen ontsnappen. De zwavelafzettinge

ijs-zwavel-vulkaan-2016foto: het vulkanisch zeer actieve gebied van Myvatn

Na de lunch bij een zwembad a la Blue Lagoon rijden we naar de Viti krater, een kratermeer met turquoise water, maar er komt, als we een stuk de kraterrand zijn opgelopen, ook water van boven. Ook hier is weer een futuristisch ogende geothermische centrale, zeker in dit landschap.

imagefoto: kratermeer in de mond van een vulkaan (let op de regenboog)

Onze volgende stop is Grottjaga, een fissuur in de aarde waaronder heet water stroomt dat we met enig bukken bereiken.ijs-scheur-lopie

foto: de aardplaten schuiven doorgaans overelkaar heen dan heb je een aardbeving. Hier in Ijsland scheurt de aarde, de aardplaten gaan uit elkaar. Zie de scheur op de foto. Op onderstaande foto zie je de aardplaatlijnen. door Ijsland loopt die van Europa en Noord Amerika.

ijs2-aardplaten

Een Fransman zwemt er zelfs in het ondergrondse meer. Dimmiborgur (=duistere burchten), gestolde lavaformaties in een nu opgedroogd meer, is onze laatste stop. We wandelen hier ongeveer een uur en in de vormen van de lavaformaties kan je van alles zien, en de naam is inderdaad goed gekozen. Dan rijden we langs het meer naar Hotel Gigur (=krater), met een restaurant dat uitzicht biedt op het meer, en met een paar pseudokraters vlakbij het hotel.

ijs-vulaanlandschap-mooie-wolken-2016

Dinsdag

ijs-husnavik

Husnavik: Vissersplaats waar de walvisexcursies vandaan gaan.

Om 8.30 vertrekken we en gaan naar het plaatsje Husavik. Om 10.00 vertrekken we vanuit de haven met een mooie houten boot de oceaan op om walvissen te zoeken. Het waait stevig en de boot gaat flink op en neer. Enkelen worden zeeziek! Onze Twee bultruggen laten zich zien maar worden helaas niet door iedereen ‘gespot’. We krijgen op de terugweg nog chocolademelk en lokale kaneelkoekjes. Opmerkelijk was de zeewaardigheid van de jonge dames die de bediening op het schip regelden. Terwijl iedereen zich stevig vasthield aan het schip wat flink tekeer ging. Kotsend stonden er een aantal op de achterkant van het schip de vissen voer te geven. Onze reisleider werd bij aanvang van de zeetrip aangesproken door de dames: Als hij zich onwel zou voelen of hij dan naar de achterkant van het schip wilde gaan. Stoer zei hij verwonderd en verbolgen “Are you talking to me?” (een air van “ik vaar al jaren op dit schip en ben nog nooit ziek geweest mevrouwtje”) …..10 minuten later stond ook hij bij de zeezieken achter op het dek de dolfijnen hun toetje te geven. Het kan verkeren.

ijs-walvisvaart-edward-2016foto: Voordat de heftige tocht over zee op zoek naar Walvissen begon

We verblijven nog even in het leuke plaatsje Husavik en rijden naar de volgende waterval Godafoss (=godenwaterval; Thorgeir de Wetspreker besloot op het AllÞing dat IJsland tot het christendom zou over gaan en heeft symbolisch beelden van de oude Noordse goden in deze waterval geworpen). Weer een mooie waterval! We wandelen langs de rivier terug naar de bus. Vervolgens rijden we langs de Eyjafjordur (=eilandfjord) naar de tweede plaats van IJsland, Akureyri, en verblijven in Hotel Nordurland. Het diner is vanavond naar eigen inzicht te gebruiken.

  1. imagefoto: Vis als IJslands diner

Woensdag

We vertrekken om 9.00 en rijden door het Skagafjordur gebied. Hier zien we veel IJslandse paarden, een oud en uniek ras, het enige paardenras dat op IJsland voorkomt. Trektochten per paard, springwedstrijden, dressuur, IJslanders zijn er gek op. Dit paard heeft ook de eigenschap dat het naast de gebruikelijke drie gangen (stap, draf en galop) er nog twee beheerst, t.w. de telgang en de tölt. Bij de telgang worden linker voor- en achterbeen tegelijkertijd naar voren gezet, dan de rechter, enz. Bij de tölt in volle vaart is er minstens een been aan de grond. Er is dan m.a.w. geen zweefmoment wat voor de bereider aangenaam is.

ijs-vulkaanlandschap-binnenland-2016foto: Vulkaanlandschap

We bezoeken het openluchtmuseum Glaumbær, een oude boerderij zoals er vroeger zoveel waren. Veel verschillende kamers met verschillende functies zijn tegen elkaar aangebouwd, en er is maar één hoofdingang, dit alles om de warmte zo veel mogelijk binnen te houden. Ook het gras op de daken heeft een isolerende functie.

image

Na de koffie in het leuke theehuis rijden we verder op zoek naar een waterval die Johann voor ons in petto heeft. Ter plaatse heet het Kolugljüfur, maar dat is de kloof, de waterval zelf heeft geen naam, dus noemen wij deze de Johann foss.

ijs-johanfoss

Foto: de enige echte Johann foss

We komen aan in Stadarskali voor de lunch. We gaan dan naar een z.g. hotspot, de Deildartungahver. Gloeiend heet water komt hier uit de grond. Kassen maken er gebruik van en produceren komkommers en tomaten. Pijpen leiden dit water ook naar Borgarnes voor de warmwatervoorziening.

image

We gaan naar Reykholt, waar ooit Snorri Sturluson zijn boerderij had. Hij was een geleerde die veel IJslandse saga’s heeft opgeschreven en zelf waarschijnlijk schrijver is van de Egill Saga. In de saga’s wordt in feite de vroege geschiedenis van IJsland beschreven en voor de huidige IJslanders is dit een gewijde plek. We zien een beeld van deze Snorri, en ook zijn ‘hottub’, eigenlijk de eerste van het land. Elk IJslands zwembad heeft een of meerdere hottubs in dezelfde vorm als deze.

Dan volgen twee watervallen die vlak bij elkaar liggen, de Hraunfossar (=lavawatervallen, meervoud!) en de Barnafoss (=kinderwaterval).

image

foto: de Hraunfossar (=lavawatervallen, meervoud!)

De eerste wordt zo genoemd omdat het water van ver weg door een loze ruimte tussen twee lavalagen stroomt, en dan aangekomen bij de kloof naar beneden valt in talloze watervalletjes. De Barnafoss kende ooit een natuurlijk gevormde brug waar twee kinderen vanaf zijn gevallen en nooit meer terug gevonden. De wanhopige vader (of moeder) heeft die brug met eigen handen vernield opdat dit niet nog eens zou kunnen gebeuren. Op de terugweg maken we nog een stop waar we IJslandse paarden van dichtbij zien en rijden dan naar ons hotel in Borgarnes.

Donderdag

Vandaag doen we de ‘Golden Circle’ van IJsland t.w. Þingvellir, Gullfoss en Geysir. We rijden langs de Hvalsfjordur, plaats waar de Amerikanen in WO II hun basis hadden en waar nu walvissen (dwergvinvissen) aan land worden gebracht voor consumptie. Twijfelachtig.

imagefoto: Althing (de ruimte waar de IJslandse democratie eerst plaatsvond)

We rijden via een onderzeese tunnel verder en komen aan in Þingvellir. We bevinden ons hier op een breukvlak in de aarde, want hier komen de Noord-Amerikaanse en Europese aardschollen bij elkaar. De (divergerende) schollen drijven langzaam uit elkaar, IJsland wordt m.a.w. groter, en breuken zijn op veel plekken te zien. We lopen er zelfs over een, de z.g. Allmannagjá (=allemannenkloof), die leidt naar de Lögberg (=Wetsberg). De akoestiek is hier uitstekend en we ervaren dit ook omdat een operazangeres het nationale volkslied voor ons zingt. In de sagatijd hielden de IJslanders uit het hele land vanaf 930 hier hun jaarlijkse ongeveer twee weken durende vergadering, het z.g. AllÞing. Er werden politieke zaken besproken en besluiten te genomen, vetes beslecht (of nieuwe ontstonden), huwelijks verbonden aangegaan, misdadigers vogelvrij verklaard, zaken gedaan, nieuwe wetten gemaakt en nog wel meer. Ook werd er natuurlijk gefeest. IJsland stelt dat hier de oudste democratie ter wereld is geboren, en enig recht van spreken hebben ze wel, alhoewel alleen de bevoorrechte klassen een stem in het kapittel hadden.

ijs-bel-geiser-2016foto: De bel van een Geyser

Foto: bel geyser, een moment van een halve seconde en daarna spuit de Geyser

Helaas begint het te regenen. We komen aan in Geysir. De gelijknamige geiser werkt niet meer maar er is wel een andere, t.w. Strokkur (=boterton). Om de 5 á 6 minuten verschijnt in het klotsende water een blauwe bel en direct daarna spuit het water een tiental meters de lucht in. Spectaculair! Dan gaan we door naar Gullfoss, ook weer een prachtige waterval, in twee delen. Tenslotte bereiken we dan Reykjavik. We stoppen even bij het Solar schip, een kunstwerk bedoeld als ode aan de zon, en we bezoeken het moderne Harpa concertgebouw en congrescentrum. We rijden door naar de markante Hallgrimskerk, waar we afscheid nemen van Johann. Er is dan nog even vrije tijd om wat te winkelen in het centrum. We verblijven in Hotel Storm en gebruiken het diner in het tegenoverliggende Foss Hotel.

imageFoto: Kerk in Reykjavik en beeld ontdekker Ijsland

Tenslotte worden de chauffeur Johann en reisleider Paul in het zonnetje gezet met als afsluiting een enveloppe met inhoud. Paul ontkwam natuurlijk niet aan een verwijzing naar zijn manhaftig optreden op het walvisschip.

Vrijdag

De laatste dag. We rijden in een klein uurtje naar de Blue Lagoon; onderweg wint Edward de enige echte Krasquiz en als 1e prijs krijgt hij een blikje heerlijke IJslandse frisse lucht.

  1. imageFoto: 1e prijs grote Kras IjslandquizIn de Blue Lagoon gaan we lekker badderen. Vanuit de verte zien we al de witte rookpluimen van de Svartsengi geothermische centrale midden in het grillige zwarte lava landschap. Het turquoise gekleurde water steekt er fel tegen af. De Blue Lagoon (geen lagune!) is aangelegd in een lavaveld en het warme water is eigenlijk een bijproduct van de centrale, waar d.m.v. stoom elektriciteit wordt opgewekt. imagefoto: The Bue LagoonDe gecondenseerde stoom wordt vervolgens naar de Blue Lagoon geleid. Op de bodem ligt een soort witte modder met allerlei mineralen en blauwwieren, allemaal heel goed voor de huid. We hebben hier ruim de tijd. Dan naar de luchthaven. Het is er vrij chaotisch, maar uiteindelijk heeft iedereen een boardingcard, de bagage wordt afgegeven en op tijd vertrekken we voor de vlucht naar Amsterdam, waar we bij de bagageband afscheid van elkaar nemen.

Vrijdagavond keek in nog op mijn Iphone bij agenda en zag dat mijn nieuwe sercretaresse Mendy reeds een afspraak bij mijn nieuwe opdracht bij Stadsdeel Nieuw West om 7.45 uur had gemaakt! “Hoe haalt ze het in haar hoofd” dacht ik nog maar ik mag natuurlijk niet oordelen over iemand die ik zelf nog niet ken. Ik dus om 7.3o uur voor de deur op Plein 40-45 in Amsterdam voor de Tangermarkt. Wat bleek, afpraak was om 9.45 uur!!! De Iphone had het tijdverschil in de agenda niet laten zien!!!

Paul Ravensbergen (Hoofdtekst)

Edward Neering

ijs-groep-2016

foto: De groep van KRASreizen. Prettige groep met Neeltje (Gele jas in het midden) als maatje deze week. Bekendmaking klopgeest: Johan

Zie ook reisverslag Brenda: liveyourdreams.reislogger.nl

 

Machtige Handel/Maghtige Neering #Vondel

Maghtige Neering

Joost van den Vondel schreef het gedicht “Maghtige Neering”. Wat ik hiermee wil aantonen is dat de naam Neering in de 15e en 16e eeuw “handel” betekende in Amsterdam en omstreken. Later kwam het terug  in het spreekwoord: “de tering naar de nering zetten”. Degradatie van het begrip Neering met één e!

Maghtige Neering.

Hier landt het Griecksche Heldenschip
Voor wint, uit d’ongestuime baeren,
Bevryt van barning, strant, en klip,
De stieren, draeck en oorlogsschaeren,
Die ‘t al te boven is geraeckt.
Het gulde Vlies te plucken
Zo ver van honck, en sterck bewaeckt,
Maghtige der niet gelucken.
Men roemt van outs op d’eerste kiel,
Die zulck een schat te beurte viel;
Zoo ons de Dichters niet bedrogen:
Maer d’Amsterdamsche Kogh, gewis,
Veel grooter koopvaerdyschip is,
Vol neering, ryckdom, en vermogen.
Men treck’ te water of te velt;
De Stadt van Amsterdam schaft gelt.
M DC LV.

Mijn Johan Cruijff

cropped-oog.jpg1970, hoe het komt, komt het maar is ben voor Feyenoord. Woon in Badhoevedorp onder de rook van Schiphol en het Ajakkesbolwerk Amsterdam. Ben 11 jaar en zit s’nachts voor de TV, samen met mijn vader en vele broers, om te kijken naar de wedstrijd tegen het Argentijnse Estudiantes, of zoiets, de eerste wedstrijd om de wereldbeker. Ik kom uit een gezin van 14 kinderen. Mijn Feyenoordliefde komt waarschijnlijk voort uit het afzetten tegen mijn broers en een instrument ter profilering ten opzichte van hen met het toen al aanwezige ego.
Katholiek opgevoed en dus misdienaar. In die jaren bad ik in mijn bed vaak tot god voor twee dingen. Eén of god er voor wilde zorgen dat ik geen gaatjes had bij de schooltandarts en dat Ajakkes zou verliezen in zowel de competitie als tijdens de Eurocup !. Nooit zijn mijn gebeden verhoord, sterker nog. Ajakkes won drie jaar achtereen de Europacup I en mijn gebit zat binnen de kortste keren vol amagaan, op zijn indisch de quote “Doe die mond open jongen, anders boor ik in die tong van jou!”. Soms word ik nog badend in het zweet wakker denkend aan schooltandarts Liem. De beste man kon natuurlijk niet weten dan wij in de ochtend wit warm brood, vers uit de bakkerij, met suiker aten.
Willem van Hanegem was mijn held met zijn kromme passes en fantastisch spel. Johan Cruijff was de vijand die pas vriend werd tijdens het WK van 1974 in Duitsland. Uiteindelijk kwam hij na Barcelona en Ajakkes ook bij Feyenoord als wraak van Cruijff op Ton Harmsen. Hij schonk Feyenoord het kampioenschap, wat een wraak was dat. Alles is al gezegd over Cruijff als fantastische speler, als familieman, met zijn onnavolgbare taal en bovenal zijn maatschappelijke betrokkenheid. Eigenlijk herken mijzelf wel een beetje in hem met dien verstande dat voetbal zoals mijn vrienden in een afscheidsboek van Wiel Coerver in de jaren tachtig aan mij schreven. “De perfecte kapbeweging, Edward, voetbal zal altijd chinees voor je blijven”.
En Johan. We moeten niet gek opkijken als op 1e paasdag zijn lichaam plotseling verdwenen* zal zijn. Voor het eerst kijk ik weer uit naar Hemelvaartsdag.
Edward Neering

*Ben niet meer gelovig maar heb wel een katholieke indentiteit…..vandaar 😉

Kwart van Egmond 2016: Windkracht 7 op het strand!

KME 2016 2

Het is zondag 10 januari 2016. Het zonnetje staat aan de hemel dus dat is al winst gezien de grauwe grijze gezichtsloze dag van gisteren. Om 10 uur verzamelen in Egmond aan Zee bij Hotel de Boei. Boterhammen met banaan glijden rond een uur of negen naar binnen als voorbereiding op de Kwart marathon van Egmond. Veel getraind de afgelopen periode om weer op een acceptabel niveau te komen. De weegschaal gaf, naakt op de weegschaal en na ochtendplas, 86,9 aan. Een mooi resultaat in de wetenschap dat ik begin oktober nog rond de 94 kg woog. Ik ga naar 82 kg wat ik 1 april bereikt wil hebben. Hoe dan ook de kilo’s die ik inmiddels kwijt ben hoef ik vandaag niet mee te torsen over het strand tegen de krachtige voorspelde wind. Vandaag samen met mijn loopmaat Bo eerst op de fiets naar Egmond aan Zee. Met de “Dutch Mountains” in het vizier beuken we tegen de wind richting de badplaats. Bo is duidelijk niet gewend om te fietsen en heeft zichtbaar moeite met deze extra hindernis richting loop. Sterker nog, hij is al met zijn krachten aan het smijten en klaagt al over dikke benen, dat geeft vertrouwen in de komende uren! We hebben om 10 uur met Meindert afgesproken in Hotel de Boei. Daar aangekomen is de muzikale vogel Meindert al gevlogen terwijl hij nog een later startnummer heeft (roze groep). Mooie boel! Wij starten in de blauwe groep en door de huizen van de het kleine dorpje Egmond lijkt de wind wel mee te vallen. Niets van dat alles is waar als we na 3 km het strand op gaan, de harde wind is een moker die in je gezicht slaat. Ik kies een hele grote man uit de hardlopende menigte en door professioneel te “bumperkleven” overleef ik het strand. Bij de strandopgang is het een grote filevorming en wordt iedereen gedwongen lopend te klimmen.  Na de strandopgang drie duinen over richting Egmond Binnen. In deze fase merk ik dat ik nog veel over heb. Geen idee of Bo nu achter of voor mij zit maar ik ga gestaag voort. Met windje in de rug terug naar Egmond aan Zee met de Bloedweg nog als enige hobbel. De finish is verlegd en de loop eindigt nu voor Hotel Zuiderduin. De medaille is een zwarte met een zwart lint, lijkt wel een rouwmedaille alsof de loop voor de laatste keer wordt gehouden. Bo en ik herenigen ons weer bij Westenwnd het restaurant van Hotel de Boei. Blijkt hij toch achter mij gezeten te hebben. De fietstocht heeft dus toch zijn vruchten afgeworpen!  Meindert is inmiddels ook gearriveerd met zijn loopgroepmaatjes en die zitten al aan het bier! Vele praatjes vullen ook dit keer weer de gaatjes en we kijken terug op een memorabele loop.

KME 2016

Bo Bogaard en Edward Neering na de kwart marathon van Egmond 2016.

Tijden:

Edward: 1.07, 38, Meindert: 1.08.51 en Bo: 1.09,34

 

De inflatie van de Top 2000 lijst!

John Lennon

Zuchtend en steunend neem ik even rust gedurende een 9 km duurloopje als voorbereiding op de kwart marathon van Egmond, dat klinkt beter dan de 10.5 km van Egmond 😉 . Hoe dan ook de Top 2000 dendert door mijn oortjes. Conclusie is wel dat dit jaar veel baggermuziek uit de jaren 2013, 2014 en 2015 de lijst halen ten koste van muziek uit de eighties en seventies, een slechte ontwikkeling en helpt de lijst aan ongewenste inflatie door verdringing van evergreens. Zondag 10 januari 2016 zal ik terugkeren in het domein van de recreatielopen met Bo Bogaard en Meindert Winkelman aan mijn zijde (Beter bekend als  mijn medemakers van de hitsingle 🙂  “Voor een Joet zit je Goed” ten behoeve van Artsen zonder Grenzen in januari 2014). Ik kan met een gerust hart zeggen dat ik “back on track” ben. Veel getraind de afgelopen weken en zelfs nu dagelijks met de vrije dagen rondom de feestdagen. John Lennon met ‘a working class hero” komt voorbij, ook toevallig want gisteren zijn we naar het Beatlemuseum in Alkmaar geweest en kwamen de foto tegen van Marijke Neering als kaasmeisje met John Lennon en Yoko Ono gelanceerd door het reisbureau Bergman waar zij destijds voor werkte. Marijke zou zo de Top 2000 a gogo in kunnen, zeker nu John Lennon met Imagine op nummer 1 staat van de populaire muzieklijst. Een goed idee voor volgend jaar! Ik zet het hardlopen voort en daar zijn de Temptations met “Papa was a rolling Stone”, een geweldig nummer, vervolgens weer wat house bagger en dan “Houten Hart” van de Poema’s, een prima tekst! Gebruik al weken alleen alcohol als er gelegenheden zijn (ben daar selectief in) , eet geen kaas meer en beweeg dus veel. De kilo’s vliegen er af! Begon op 94 half oktober en vanmorgen was ik naakt, na ochtendplas, 87,6 op de Blokkerweegschaal. Een lager gewicht helpt natuurlijk ook om beter te kunnen hardlopen en een algemeen beter gevoel. De top 2000 gaat verder door en komt met the Logical song van Supertramp, My way van Frank Sinatra! Mijn nummer één is natuurlijk “Slow Song” van Joe Jackson maar die staat er niet in!! Joe staat wel met vijf andere nummers in de lijst met “Is she really going out with him/ a cappella als hoogste notering ergens in de 500 reeks. Lekker vrij, geen gedoe, de lijst, veel trainen buiten en op de sportschool op weg naar een goddelijk lichaam en de Top 2000 als muzikaal behang. Het leven is verrukkelijk!

Edward Neering

John Lennon Marijke Brugman

Het kaasmeisje naast john Lennon is Marijke Neering/Brugman in 1969 in het Amsterdamse Hilton Hotel

Edward en Bo feestdagen 2015

Feestdagen 2015: Met Bo Bogaard trainen in de duinen bij Egmond Binnen.